Meiden in Amsterdam en Tunis over hun buurt
Straten, pleinen en parken zijn openbare plekken die voor iedereen toegankelijk zijn, toch? In welke mate voel je je vrij om gebruik te maken van de openbare ruimte in je stad of buurt? Deze vraag staat centraal in het project The City is Ours en wordt gesteld aan meiden in Amsterdam en Tunis (Tunesië).
De inrichting van de openbare ruimte werd lang bepaald door commissies samengesteld uit architecten, planologen en bestuurders. Deze commissies waren geen afspiegeling van de maatschappij. Zowel de stedenbouw als architectuur van het modernisme was masculien en top-down. In de tweede helft van de twintigste eeuw komen er geleidelijk meer vrouwen in dergelijke commissies, maar in de praktijk is er ook vandaag de dag nog veel te winnen op het gebied van inclusiviteit. Wanneer we streven naar gelijkheid in onze samenleving, moet ook de vrijheid om je prettig door je stad te kunnen bewegen, ongeacht je sociaal-economische status, leeftijd, seksuele identiteit, fysieke beperking of sociaal-culturele identiteit, serieus worden genomen.
Het hierboven genoemde modernistische gedachtengoed is ook van toepassing op Molenwijk, die – net als Bijlmermeer – eind jaren zestig naar architectonisch functionalistische ideeën werd vormgegeven. Uit een onderzoek wat kunstorganisatie Framer Framed in de Amsterdamse Molenwijk liet uitvoeren, kwam naar voren dat meiden en jonge vrouwen weinig zichtbaar zijn in de openbare ruimte. Zoals één van de meiden in het jongerencentrum cynisch opmerkte: ‘Er wonen geen meisjes in de Molenwijk’. Dit was voor Framer Framed aanleiding om The City is Ours te starten, een kunstproject gericht op meiden tussen de 15 – 21 jaar en hun beleving van de openbare ruimte.
In september 2018 opende Framer Framed de tijdelijke projectruimte Werkplaats Molenwijk. Dit is de locatie waar de Amsterdamse The City is Ours-deelnemers wekelijks workshops volgen. De eindpresentatie opent op Internationale Vrouwendag, 8 maart en is te zien tot 29 maart 2019.
Een nieuw perspectief verbeelden
Door middel van kunst prikkelt het project The City is Ours de verbeelding: Hoe zou de publieke ruimte worden ingericht als jonge vrouwen meer zeggenschap zouden hebben? Zijn er plekken waar je geen gebruik van maakt? Op welke plekken voel je je veilig?
In een reeks workshops geleid door kunstenaars worden deelnemers gestimuleerd hun ideeën en ervaringen beeldend uit te drukken. De workshops vinden zowel in Amsterdam (Werkplaats Molenwijk) als in Ben Arous, Tunis plaats en uitwisseling tussen beide groepen gebeurd via een Tumblrpagina. De foto’s, video’s, schilderingen en installaties van de deelnemers worden getoond in de tentoonstelling, waarmee ze hun ideeën met een breed publiek kunnen delen. De deelnemers bepalen zelf waar de nadruk op wordt gelegd bij de content en presentatie van de tentoonstelling. In beide steden komen gelijksoortige onderwerpen aan bod en worden enigszins dezelfde kunstdisciplines verkend.
Politiek
Behalve met kunstdisciplines maken de deelnemers kennis met onderwerpen als burgerrechten (Tunis) en actief burgerschap (Amsterdam). In Amsterdam is daar invulling aan gegeven door middel van het spel Terra Nova Minimaatschappij. Dit is een spel wat de spelers uitdaagt om hun perfecte maatschappij te creëren, met alle mogelijke keuzes en vragen die daarbij komen kijken. Wie maakt de beslissingen in de publieke ruimte? Wie zijn de leiders? Waar moet een leider aan voldoen? De Terra Nova-workshop sluit aan bij het doel van het project de deelnemers te stimuleren een kritische en actieve houding aan te nemen.
Nieuwe generatie
In de eerste workshops bleek nog veel behoefte te bestaan aan het definiëren van begrippen als ‘openbare ruimte’, ‘seksisme’ en ‘masculiniteit’. Kennis van deze termen helpt de deelnemers bij het formuleren van hun ideeën. Gaandeweg raakten de deelnemers steeds vertrouwder met het onderwerp en delen ze in onze Whatsappgroep activistische en kritische berichten uit de media en waarneming op straat. Zo deelden ze foto’s van seksistische reclame campagnes die ze op humoristische wijze bekritiseerden.
Als voorbeeld van ‘masculiniteit’ die de vrijheid van meiden beperkt wordt de dominantie van jongens genoemd die machogedrag vertonen op openbare pleinen. Ook ‘cat calling’, of straatintimidatie, blijkt een fenomeen wat alle deelnemers herkennen. Deelnemer Ambriem ondernam actie tegen dit verschijnsel door interventies in openbare ruimte te plegen: zij krijt de leuzen op de stoep als fysiek bewijs van wat er gezegd is en legt haar acties vast op haar Instagramaccount
De betrokkenheid van de deelnemers doet hopen dat we er niet alleen in slagen samen een mooie tentoonstelling vorm te geven, maar ook een bijdrage hebben kunnen leveren in het faciliteren van een nieuwe generatie kritische vrouwen die zich in de toekomst blijven inzetten voor een meer inclusieve inrichting van openbare ruimte.
De deelnemers van The City is Ours deden mee aan de Buurtcommunities bijeenkomst Vrouwen aan het roer op 4 maart in Pakhuis de Zwijger. Op Internationale Vrouwendag, 8 maart 2019, opende de tentoonstelling ‘The City is Ours’ in Werkplaats Molenwijk.
Tekst Minouche Wardenaar
Fotografie Dalal el Ouarachi
5 maart 2019
Amsterdam Noord / Community & Learning / Educatie / Feminisme / Molenwijk /